Oké, oké, ik geef het toe. Toen ik afgelopen woensdag met een auto volgeladen met mijn meest uiteenlopende creatieve uitspattingen richting ArtEZ reed voor dat doodenge toelatingsexamen, dacht ik nog: piece of cake. Roer omgegooid, van biologie naar beeldende vorming, lesgeven op school, en hup, even vier jaartjes kunstacademie erachteraan voor die felbegeerde bevoegdheid. Klonk logisch, toch? Spoiler alert: mijn logica was even op vakantie.
Nu denk ik terug aan de afgelopen maanden. Midden in de struggle. Een toelatingsopdracht die me zo ver buiten mijn comfortzone duwt dat ik er knetter van word. De opdracht in kwestie? Zoek een interessante kubieke meter in huis en geef die weer in 3D én 2D. Raad eens wat mijn ’interessante’ kubieke meter is geworden? Tromgeroffel… De bench van onze KNGF-pup Evros. Ja, je leest het goed. Dat lelijke metalen hok dat pontificaal in onze anders zo gezellige woonkamer staat te pronken.
Zie je het al voor je? De tralies waardoor je net zijn blonde snuit ziet en hij heel zielig kijkt omdat hij even tot rust moet komen nadat hij even uit zijn plaat ging. Het zachte geknor als hij tevreden ligt te soezen. Het geknaag aan de spijlen als hij onrustig is. Soms een zachte piep of blaf als hij droomt. Die bench. Het is een veilige haven voor hem. Zijn cocon waar hij zich terugtrekt als de wereld even te veel wordt. Maar het is ook een begrenzing. Een ‘hier mag je even niet verder komen’ als hij eigenlijk dolgraag mee wil spelen. Dat zie je in zijn ogen. Die blik van “maar… waarom dan niet?”. En dat is dus precies wat ik in 2D en 3D moest vangen.
Mijn 2D-uiting baadt in groen en blauw – de kleuren van rust en veiligheid – als hij vredig in zijn bench ligt. Hij klautert er in rode tinten doorheen, op onrustige momenten waarin hij zoekt naar die ontspanning. Dat zie je aan zijn onrustige bewegingen. Mijn 3D-werk? Dat is compleet anders geworden. Geen kille metalen tralies, maar zacht vilt. Ik heb de bench opnieuw vormgegeven als een liefdevolle omarming. De menselijke tralies zijn lichtblauw. De begrenzing is er nog steeds, maar dan als een veilige, warme cocon die wij, hem bieden.
Tja, de kubieke meter van Evros’ bench. Wie had gedacht dat zo’n onopvallend, lelijk ding zoveel kon losmaken? Ik in ieder geval niet. Maar nu achteraf kan ik er nu om lachen. Evros trouwens bijna te groot voor de bench.